Telefoon in het onderwijs: inzetten of niet?

telefoon in de klas

De mobiele telefoon is een wijdverspreid fenomeen, ongeveer 98% van de 13 tot 15-jarigen in Nederland bezit er één. Dit zal je als docent of teamleider vast niet ontgaan zijn, maar wat moet je met die telefoons in je klas? Kunnen ze zinvol ingezet worden of doen ze meer kwaad dan goed? Daar probeert onze stagiaire Dore de Smidt aan de hand van wetenschappelijke literatuur en de ervaringen van docenten, leerlingen en scholen een antwoord op te vinden. Lees haar bevindingen hier.

Wetenschappelijk onderzoek

Wat blijkt uit wetenschappelijke onderzoeken over het inzetten van de telefoon voor educatieve doeleinden?
Een bekend onderzoek op dit gebied is dat van Beland & Murphy in Engeland. Zij hebben gemonitord of de prestaties van leerlingen veranderde als er op een school een telefoonverbod ingevoerd werd. Wat bleek is dat de prestaties van leerlingen op de General Certificate of Secondary Education (GSCE) toenamen, met name de laag presterende leerlingen gingen beter presteren.
De meest logische verklaring hiervoor is de afleiding die de telefoon veroorzaakt. Zo kunnen leerlingen afgeleid raken van alleen al de aanwezigheid van hun telefoon, met name leerlingen met een lagere impulscontrole of een slechter concentratievermogen hebben hier last van. Hoe goed een leerling impulsen kan controleren hangt samen met de ontwikkeling van het brein. De prefrontale cortex wordt vaak genoemd als bijbehorende breinregio en is pas volledig ontwikkeld na 20 jaar.
Je ziet het misschien wel eens gebeuren; een leerling pakt haar telefoon om iets op te zoeken voor de les, maar krijgt een berichtje binnen en kan de impuls om te reageren niet tegenhouden. Wat voor effect heeft het als ze tijdens de uitleg ondertussen bezig is met appen? Helaas zijn de onderzoeken naar middelbare scholieren nog schaars, maar over de effecten van telefoongebruik door studenten is al wel het een en ander bekend. Zo schrijven studenten die geen telefoon gebruiken tijdens een videocollege 65% meer informatie op in hun aantekeningen en scoren beter op de toets dan studenten die tijdens het college via hun telefoon op social media posts reageerden. Of het onthouden van lijsten met woorden ging slechter als ze tussendoor gebeld werden of sms-berichten binnen kregen.

Positieve effecten

De telefoon heeft niet alleen nadelige effecten, maar kan het onderwijs ook verrijken. Verschillende onderzoeken hebben gekeken naar de positieve effecten van mobile-learning. Dit is het leren via draadloze apparaten zoals telefoons, tablets en laptops. De voordelen hiervan zijn onder andere versterkt begrip van de inhoud (omdat deze op veel verschillende manieren aangeboden kan worden), rijke leeromgeving, nieuwe interactievormen en mogelijkheden voor adaptief onderwijs en informeel leren. Veel van deze voordelen hebben een positief effect op de motivatie van leerlingen, wat zich zou kunnen door vertalen naar hun prestaties. Een interessant voorbeeld is dat door het simpelweg altijd toegang hebben tot een applicatie waarmee Spaans geleerd kan worden de motivatie om Spaans te leren toenam . Ook het woordjes leren in het talenonderwijs gaat beter via de telefoon dan met papieren flashcards.
Daarnaast zijn er enkele ontwikkelingen gaande die veelbelovend kunnen zijn voor mobile-learning in de toekomst, zoals het gebruiken van Virtual Reality of gamification. Een kritische analyse van deze voordelen toont aan dat er slechts twee voorbehouden zijn voor de telefoon: faciliteren van informeel leren en ‘kosten effectiviteit’ (telefoon is een goedkoper leermiddel dan een ander device omdat leerlingen deze al hebben). Of deze voordelen doorslaggevend zijn, is natuurlijk persoonsafhankelijk.

Wat vinden scholen?

Wat vinden scholen, docenten en leerlingen van de telefoon in het onderwijs?
Op veel scholen wordt een beleid gehanteerd dat telefoons verbiedt in de les, maar waar docenten altijd nog het besluit kunnen nemen om de telefoon wel toe te staan. Redenen voor docenten om tijdens de les toch de telefoon te gebruiken zijn de mogelijkheden om formatief te handelen, voorkennis te activeren of interactie makkelijker te maken. De telefoon is voor al deze doeleinden vaak een noodoplossing; bij het vergeten van de laptop of tablet mag de telefoon worden gebruikt. Voor veel docenten geldt dat, als er digitaal gewerkt wordt, ze de voorkeur geven aan het gebruik van laptops.
Hoe streng het beleid is of de mate waarin het beleid gehandhaafd wordt verschilt per school. Scholen die de telefoon ook in de pauzes en gangen verboden hebben, zijn hier positief over. Ze merken dat er veel focus is in de les en dat er minder gediscussieerd wordt over de regels. Daarnaast zien ze meer sociaal contact tussen de leerlingen in de gangen of pauzes. Op andere scholen is het de eigen verantwoordelijkheid van leerlingen om hun telefoon aan het begin van de les op te bergen in een telefoonhotel of rugzak. Dit maakt volgens hen deel uit van het leerproces van de leerlingen en hangt samen met de verantwoordelijkheid die de school heeft op het gebied van persoonsvorming bij leerlingen.
Waar veel scholen het over eens zijn is dat afwisseling gewenst is. Dus de ene les kan er op een device gewerkt worden als er in de volgende les weer het boek wordt gebruikt. Niet alleen de scholen willen deze afwisseling in de lessen; op verschillende scholen is er ook door leerlingen aangegeven dat ze na een digitale les toch weer graag een les het boek gebruiken.
Leerlingen zijn over het algemeen positief over het inzetten van de telefoon in het onderwijs; lessen worden interessanter en de afwisseling bevalt goed. Daarbij geven ze ook aan te weten dat de telefoon veel afleiding kan veroorzaken, maar vinden het hun eigen verantwoordelijkheid om hiermee om te gaan. Bijna alle leerlingen geven aan hun telefoon wel eens te gebruiken tijdens de les ondanks dat dit niet de bedoeling is.

Conclusie

Kortom, op de vraag of de telefoon een zinvolle toevoeging is aan het onderwijs bestaat niet één antwoord. Het inzetten tijdens de les brengt enkele risico’s met zich mee, maar kan tegelijkertijd ook een waardevolle toevoeging zijn. Het hangt af van hoe je de telefoon inzet, wat je ervaring hiermee is of hoeveel tijd je hebt om je hierin te verdiepen en wat jouw visie of die van je school is. Tijdens mijn onderzoek ben ik veel verschillende ideeën tegengekomen die jou kunnen helpen met het omgaan met de telefoon in de klas. Een aantal daarvan zal ik hieronder met je delen:

  • De VO-raad adviseert iedere school om een eenduidig school breed beleid over de telefoon op te stellen. In deze publicatie leggen ze samen met Kennisnet uit hoe je zo’n beleid kunt ontwikkelen.
  • Als je een interactieve les of quiz met telefoons doet dan zijn er aantal punten om rekening mee te houden: (1) Zorg voor interactie die snel genoeg afwisselt zodat leerlingen niet iets anders op hun telefoon kunnen doen en (2) als leerlingen kans maken om te winnen dan blijven ze meedoen aan de quiz dus kijk of je misschien andere ‘winregels’ kan bedenken waardoor leerlingen langer kans blijven houden op de winst. Daarnaast kan het zinvol zijn om telefoontijd te faseren; de eerste of laatste minuten van de les en verder moet hij netjes opgeborgen zijn.
  • Geen voorstander van de telefoon in de les? Veel van de mogelijkheden die de telefoon biedt zijn ook zonder telefoon te benutten. Denk bijvoorbeeld aan een quiz waar leerlingen met papieren bordjes antwoord geven of gekleurde bekertjes waarmee leerlingen zelf kunnen aangeven of ze de instructie nog volgen zodat jij vervolgens weet wie er nog een verlengde instructie nodig heeft.

Bronnen

Kennisnet. (2017) Monitor jeugd en media 2017.
– Beland, L. P., & Murphy, R. (2016). Ill communication: technology, distraction & student performance. Labour Economics, 41, 61-76.
– Chen, Q., & Yan, Z. (2016). Does multitasking with mobile phones affect learning? A review. Computers in Human Behavior, 45, 34-42.
– Spikman, J. (2017). Zelfregulatie en adaptatie: Over de prefrontale cortex en hersenschade. Tijdschrift voor Neuropsychologie, 12(3).
– Kuznekoff, J. H., & Titsworth, S. (2013). The impact of mobile phone usage on student learning. Communication Education, 62(3), 233-252.
– Smith, T. S., Isaak, M. I., Senette, C. G., & Abadie, B. G. (2011). Effects of cell-phone and text-message distractions on true and false recognition. Cyberpsychology, Behavior, and Social Networking, 14(6), 351-358.
– Basak, K. S., Wotto, M., & Belanger, P. (2018). E-learning, M-learning and D-learning: Conceptual definition and comparative analysis. E-learning and Digital Media, 15(4), 191-216.
– Ebrahim, H. S., Ezzadeen, K., & Alhazmi, A. K. (2015). Acquiring knowledge through mobile applications. International Journal of Interactive Mobile Technology, 9(3), 71-74.
– Keegan, D. (2002). The Future of Learning: From eLearning to mLearning. [1] Azabdaftari, B., & Mozaheb, M. A. (2012). Comparing vocabulary learning of EFL learners by using two different strategies: Mobile learning vs. flashcards. The Eurocall Review, 20(2), 47-59.

Lees hier ook de blog ‘Telefoon in de klas’